7 min. leestijd
We starten met een nieuw item in de GO Woonpunt: koffie met Ton. Een willekeurige medewerker gaat in gesprek met onze interim-bestuurder over zaken die hen opvallen binnen Woonpunt. Claudia Bouwens, mutatieopzichter en OR-lid, bijt het spits af.
Claudia: Wat heeft je de afgelopen weken bij Woonpunt het meest verbaasd?
Ton: Dat zo’n grote corporatie met zo’n belangrijke positie in Zuid-Limburg nog veel slagen te maken heeft. Dat geldt bijvoorbeeld voor vastgoedsturing en duurzaamheid. Nog belangrijker: hoe kan het dat er nog veel in de basis, de reguliere klantprocessen, moet gebeuren? Kijk naar het onderhoudsproces waar we o.a. te maken hebben met forse begrotingsoverschrijdingen. Het lijkt erop dat daar jarenlang te weinig ontwikkeling geweest. Het is van belang dat we een inhaalslag maken om te bewerkstelligen dat het proces in control komt en dat onze klanten tevreden zijn met onze dienstverlening.
‘Ik voel me hier thuis’
Claudia: Wat heeft je het meest verrast, in positieve zin?
Ton: De werksfeer. Ik voel me thuis hier. Er is een enorme loyaliteit naar Woonpunt en elkaar. Mensen willen graag hier werken en hebben wat over voor elkaar. Dat zorgt voor een sterke basis, daar kan je op bouwen. Als die basis er niet is, dan heb je een vet probleem.
Claudia: Tussen jouw voorgangers was een tweestrijd. Die had ook zijn weerslag op het MT. Hoe kijk jij daar naar?
Ton: Dat heeft spanning opgeleverd in het MT. Toen duidelijk werd dat de verbinding tussen de twee bestuurders niet meer te repareren was, zijn de MT-leden over hun eigen schaduw heen gestapt. Ze hebben een eenduidig advies gegeven richting de RvC. Dat vind ik heel sterk. Dat gezegd hebbende: binnen het MT is, net als in de rest van de organisatie, de samenwerking nog niet wat deze moet zijn en is er een gebrek aan de vaardigheden om elkaar feedback te geven. Om daar verbetering in te brengen, moet je aan de top beginnen. We moeten er nu een echt team van maken.
Claudia: Gaat dat lukken met dit MT?
Ton: Ik heb geen glazen bol natuurlijk. Maar als ik afga op wat ik nu toe heb gezien dan bieden de kwaliteiten van de mensen een goede basis. Niet iedereen heeft evenveel ervaring. We schakelen een externe coach in. Ik vind het MT erg breed. Of de samenstelling blijft zoals deze nu is, weet ik niet. Daar ben ik over aan het nadenken.
‘Ik ben erop uit om anderen wonderen te laten verrichten’
Claudia: Hoeveel rek vind jij dat je mag verwachten van de medewerkers na alle veranderingen?
Ton: Er is een hoop gebeurd binnen Woonpunt de afgelopen jaren. Ik realiseer me heel goed dat er veel van medewerkers is gevraagd in wisselende bestuursperioden met wisselende leiderschapsstijlen. Maar we moeten vooruit, de verbeterslagen zijn echt nodig. Het zal kruim kosten, maar ik weet dat mensen flexibel zijn. Ik hanteer een managementstijl die ik dienend leiderschap noem. Ik ben erop uit om anderen wonderen te laten verrichten. Ik hoop dat mensen gaan geloven in dat nieuwe leiderschap dat ruimte biedt voor eigen verantwoordelijkheid en eigen initiatief van medewerkers. Volgens mij wordt het werken alleen maar leuker als je, binnen kaders, meer vrijheid van handelen hebt.
Ik zie aan je blik Claudia dat je dat nog moet zien.
Claudia: Klopt. Er is zoveel beloofd de afgelopen jaren. Niet alles is waargemaakt. Dat maakt het moeilijk om te blijven vertrouwen.
Ton: Dat heb ik meer gehoord de afgelopen weken. Het vertrouwen kan ik alleen maar stap voor stap winnen door te doen wat ik heb gezegd en daardoor te laten zien dat ik betrouwbaar ben. Alleen zo bouw ik aan draagvlak voor de wenselijke veranderingen. Iedere keer weer zal ik uitleggen waarom we die kant op gaan en waarom dat goed is. Ik zal actief communiceren langs verschillende kanalen en medewerkers zo in staat stellen om te volgen wat er gebeurt. Alleen zo bereiken we dat medewerkers daar ook invloed op kunnen uitoefenen. De mening van medewerkers telt voor mij zwaar.
'Van belang dat bestuur en OR een gezamenlijke visie delen'
Claudia: Hoe zie jij de rol van de OR hierin?
Ton: Héél belangrijk. Zij vertegenwoordigen de organisatie, zij staan voor de belangen van de medewerkers. Voor het organiseren van draagvlak is de OR een belangrijke schakel. Het is mij veel waard als we zo ver komen dat we het samen eens zijn over de koers. Het is van belang dat bestuur en OR een gezamenlijke visie delen. Natuurlijk heeft ieder zijn eigen verantwoordelijkheid en zal het voorkomen dat we het op onderdelen oneens zijn met elkaar. Daar is niks mis mee onder voorwaarde dat we het debat gevoerd wordt op basis van inhoudelijke argumenten.
Claudia: Een gezamenlijke visie delen, dan zouden we als OR het verwijt kunnen krijgen dat we op schoot zitten bij de bestuurder.
Ton: Als OR behartig je de belangen van de medewerkers, dat staat voorop. De raad moet dan ook goed met de achterban communiceren en meningen peilen. Als de achterban wil dat je je opstelt als een ouderwetse vakbond met barricadewerk, dan zou ik daar persoonlijk voor passen. Als OR en bestuur het in grote lijnen eens zijn welke kant Woonpunt op moet, kun je samen meters maken. Het is belangrijk dat de OR de achterban goed laat zien welke successen zijn bereikt maar ook waar de opvattingen uit elkaar lopen. In mijn ogen komen de belangen van de organisatie grotendeels overeen met de belangen van de medewerkers. Hoe duidelijker jullie naar mij toe zijn, hoe beter dat voor mij en de organisatie is. Uiteraard met respect voor elkaar. Onze overleggen moeten geen rituele dans zijn, daarvoor zijn de belangen te groot.
Claudia: Het verbeterplan voor het verhuurproces is stopgezet. Wat vond jij ervan?
Ton: Ik vind daar niet zoveel van. Behalve dat ik inzag dat dat onafwendbaar was omdat er geen of in elk geval te weinig afstemming was met het onderhoudsproces. Als bestuurder bemoei ik me niet met de uitvoering. Het maakt me niet uit hoe het geregeld is als voldaan is aan het kader dat ik meegeef. Het is van belang dat de manier waarop je het regelt, in de eerste plaats werkt voor de klant, het moet werken voor de organisatie en het moet financieel kloppen.
Claudia: Wat het mutatiewerk lastig maakt, is dat in de afgelopen jaren vijf of zes keer het beleid is veranderd. Daar bovenop is een kwaliteitshandboek gekomen. Soms weet je in een woning niet meer welk beleid je moet hanteren. Bovendien staat in het kwaliteitshandboek bijvoorbeeld dat alle muren gestuct moeten zijn. Vaak zit op de muren een kleine korrelstructuur. Dat overal laten aanpassen, dan lopen de kosten behoorlijk op.
‘Niemand is hier om de boel te verstieren’
Ton: Beleid moet helder zijn en de mensen die in de operatie werken ondersteunen. Als het een zoekplaatje wordt, gaat het mis in de praktijk omdat de een het zus toepast en de ander zo. Ik ben ervan overtuigd dat iedereen zijn best doet. Niemand is hier om de boel te verstieren. Maar medewerkers worden blijkbaar op een aantal gebieden onvoldoende geholpen door het beleid.
Claudia: Het beleid landt nu misschien ook niet op de juiste plek. Wel bij senioren en teamleiders. Maar niet verder in de organisatie. Nu we het over senioren en teamleiders hebben: dat is voor mij niet helder. Hoe kijk jij daar tegenaan?
Ton: Wat mij betreft is het onderscheid tussen die twee functies een weeffout in de structuur. Het kan niet afhangen van de manager hoe een afdeling wordt ingericht. Daar moet je samen op bedrijfsniveau bindende afspraken over maken die voor elke afdeling gelden. Wat mij betreft is dat opgelost voordat ik weg ben.
Claudia: Er is een paar jaar geleden een managementlaag weggehaald. Nu lijkt er weer een laag terug te keren omdat sommige senioren geen meewerkend voorman zijn maar leidinggevende taken hebben.
Ton: ik heb een hekel aan onduidelijkheden in de structuur van de organisatie omdat die gedoe geven. We moeten heldere keuzes maken, daar ga ik voor.
Claudia: Het nieuwe verhuurplan wordt gemaakt door senioren en teamleiders. Er zit maar één medewerker in het projectteam. Dat vind ik jammer.
‘Wat mij betreft is het klantperspectief het meest doorslaggevend’
Ton: Ik ga niet over de samenstelling. Ik wil wel het projectplan zien met de uitgangspunten, de doelen die we willen bereiken, het tijdpad, de sturing en de verantwoording. Daarin moet vóór alles aangetoond worden dat het strookt met de drie voorwaarden die ik gesteld heb: werkt het voor de klant, werkt het voor de organisatie en klopt het financieel. Om dat te kunnen bereiken moeten medewerkers ook een rol spelen. Net als bewoners. Wat mij betreft is het klantperspectief het meest doorslaggevend.
Claudia: Ik ben benieuwd.
Ton: Je bent er niet gerust op.
Claudia: Nee. Vanaf het begin merkte je dat onderhoud vindt dat onderhoud bij hen thuis hoort. In het vorige plan hadden zij het gevoel dat hen iets afgenomen werd. Nu heb ik het gevoel dat de rollen omgedraaid worden.
Ton: Het is van groot belang dat het proces van niet planmatig onderhoud in control komt. Er is ons veel aan gelegen dat onderhoud goed geregeld wordt. Maar ik snap je ongerustheid.
Claudia: Misschien is de organisatie nog niet klaar voor zo’n grootschalige verandering.
Ton: Er bleek te weinig draagvlak te zijn voor het nieuwe verhuurproces. Dat moesten we constateren toen de finish was gehaald. Onderweg is veel niet goed gegaan. Als je een verandering wil doorvoeren dan moet je zorgen voor draagvlak. Hoe goed je ideeën ook zijn, zonder draagvlak ben je nergens. Laten we afspreken dat we elkaar over een paar maanden nog eens spreken. Hopelijk is je ongerustheid dan weggenomen.
Claudia: Dat is goed.
Ton: Wat is jouw achtergrond?
Claudia: Ik kom uit de techniek. Maar een paar jaar geleden heb ik de opleiding verhuurmakelaar gedaan. Nu ben ik bezig met een hbo-opleiding Rechten. Ik combineer het werk van een mutatieopzichter, verhuurconsulent en niet planmatig opzichter.
Ton: Door je technische achtergrond kijk jij anders tegen deze ontwikkeling aan. Je combineert veel vaardigheden en kennis. Mooi dat je dat hebt. Veel mensen zoals jij zijn er niet binnen de organisatie. Hoe zie je jouw toekomst?
‘Ik zoek de uitdaging in die combinatie’
Claudia: Ik zoek de uitdaging in die combinatie. Uiteindelijk wil ik minder technisch werk. Rechten ligt me heel goed. Mocht er een beleidsafdeling komen, dan lijkt me dat ook wel wat.
Ton: Jij vindt je weg wel. Woonpunt staat niet stil. Who knows wat er op je pad komt.
Go Claudia! Go Ton!
gelezen
