De functie buurtcoördinator is sinds kort opgesplitst in drie verschillende functies: wijkbeheerder, sociaal beheerder en medewerker participatie. Het is soms nog even wennen en flink aanpoten, maar het stof begint inmiddels neer te dwarrelen. We gingen in gesprek met zeven collega’s.
Over de oude functie
“Eigenlijk was de oude functie veel te breed”, begint Monique Benning, sociaal bemiddelaar. “Je was het schaap met de vijf poten. Je sprak mensen aan op rommel in de brandgang, maar moest daarna ook een buurtbarbecue met ze organiseren.” Dat herkent Noud Rijnkels, ook sociaal bemiddelaar. “Zo’n functie heeft een bepaalde dynamiek. Dat kan bij je karakter passen, maar de kwaliteit was niet altijd van het niveau dat we wilden.” En dus moest er iets veranderen. Monique was een van de collega’s die in de zomer van 2021 aan de bel trok. “Ik ben blij dat Woonpunt onze signalen serieus heeft genomen.”
Nieuwe functieprofielen
Michelle Vondenhoff is nu wijkverbinder. “Het heeft best lang geduurd voordat de functies helemaal helder waren, maar het moest ook zorgvuldig gebeuren.” De buurtcoördinatoren werden gevraagd mee te denken. Ze gingen samen aan de slag met de functieprofielen. “Eigenlijk zie je dat er drie richtingen zijn ontstaan: operationeel, sociaal en participatie”, vertelt Noud. Zo ontstonden de functies wijkbeheerder, sociaal bemiddelaar en wijkverbinder. Ook kwam de vraag op tafel hoeveel fte nodig was. Michelle: “We hoefden niet opnieuw te solliciteren of een assessment te doorlopen, maar moesten wel onze top drie doorgeven.”
Blijdschap en teleurstelling
Niet iedereen kon de functie krijgen die hij of zij op nummer één had gezet. “Dat is heel jammer voor die collega’s”, zegt Monique, “maar dat wisten we eigenlijk al toen we het proces van het opsplitsen van buurtcoördinator in gang hadden gezet.” Davy Duijkers is wijkbeheerder: “Dit was een bewuste keuze, omdat ik wist dat voor de andere functies meer gegadigden waren.” Abdali El Ouahbi was het liefst sociaal bemiddelaar geworden, maar werd uiteindelijk wijkbeheerder. “Ik was wel teleurgesteld. Voor mij voelde het als een stapje terug. Daar heb ik het met collega’s over gehad en inmiddels vind ik het heel leuk om te doen.” Noud kreeg eveneens niet zijn eerste keuze. “Er waren verschillende smaken en dit smaakt ook naar meer. Natuurlijk was het voor sommigen een bittere pil. En dat is het voor een enkeling nog steeds.” Sociaal bemiddelaar Rob Tilly: “Ik ben blij met mijn eigen functie, maar vond het wel rot voor de collega’s die niet hun eerste keuze kregen. Ook naar ketenpartners toe vond ik het soms best lastig. Zij waren gewend aan de manier van werken van die andere collega. Dan wil ik me bewijzen en ook een waardevolle bijdrage leveren op mijn manier.”
“Soms kun je met iets kleins iets groots betekenen voor mensen. Dat doet goed, daar haal ik mijn voldoening uit.”
Over het werk
Wat zijn de ervaringen tot nu toe? “Ik waardeer vooral het sociale aspect van mijn functie”, vertelt Monique. “Ik ben nu misschien wat minder in de wijk dan voorheen, maar kan op een andere manier – samen met netwerkpartners – iets bereiken voor mensen.” Ook Raoul Meisen is sociaal bemiddelaar. “Het sluit mooi aan bij mijn juridische opleiding. Voor ons is met name de wijkbeheerder onmisbaar. Die is veel in de wijk. Dat vind ik zo goed aan ons team: die verschillende achtergronden waar je onderling gebruik van kunt maken.” Voor Michelle voelt haar functie als op ontdekkingstocht gaan in de wijk. “De veerkracht die je bij mensen ziet, vind ik mooi. Daar ga je mee aan de slag.” Davy knikt: “Soms kun je met iets kleins iets groots betekenen voor mensen. Dat doet goed, daar haal ik mijn voldoening uit.”
Aanpoten
De zeven Woonpunt-collega’s beginnen inmiddels dus wel te wennen aan hun nieuwe rol. Voor velen is het aanpoten, omdat ze ook nog met oude dossiers bezig zijn of hun gebied groter is geworden. “De meldingen van huurders blijven natuurlijk komen. En mensen zijn soms aan een voorganger gewend, die misschien meer toeliet”, vertelt Rob. “Nu komt er een protocol vanuit eenduidig beleid. Dat gaat ons helpen, het zorgt voor duidelijkheid. Noud en ik hebben een vaste plek in het gebied waar we werken. Dat is heel fijn, want je bespreekt situaties en leert van elkaar.” De heftige problematiek en de vraag van huurders om ‘directe actie’ zorgen voor een flinke werkdruk. “Dat vraagt flexibiliteit van ons”, zegt Monique. “Tegelijkertijd beginnen nieuwe collega’s die ingewerkt moeten worden. Als iedereen straks op zijn plek zit, kunnen we ons focussen op de nieuwe rol. Dus er schijnt licht aan het einde van de tunnel.”
Go Monique! Go Michelle! Go Davy! Go Noud! Go Raoul! Go Abdali! Go Rob!



"Een mens is nooit uitgeleerd"


